Nieuws

‘Ouderen blijven niet langer thuis door online wijkplatform’

Ouderen blijven steeds langer thuis wonen, maar dat komt niet dankzij online wijkplatformen. Dat concludeert docent onderzoeker Sarah Willard van Zuyd Hogeschool. Op 2 december promoveert ze met haar onderzoek naar het nut van een online wijkplatform voor thuiswonende ouderen: ‘Online community care platforms for older adults. Do they support ageing‐in‐place?’

Het klonk allemaal zo mooi toen de eerste wijkplatformen in 2012 en 2013 in Nederland online gingen. Gemeenten, zorg en welzijnsorganisaties en onderzoekers leek het een potentieel veelbelovende oplossing leek. Een praktisch en ideaal hulpmiddel om ervoor te zorgen dat ouderen langer thuis konden blijven wonen. Waarom? Omdat ze met één muisklik bijvoorbeeld kunnen zien dat buurman Henk van twee straten verderop bereid is het gras te komen maaien. Of dat weer een andere buurtbewoner boodschappen wat wil doen. Ideaal. Eén nadeel: ouderen surfen volgens het onderzoek van Willard, niet of nauwelijks op een online buurtplatform.

Liever bellen

“De digitale vaardigheden van deze generatie nemen absoluut toe. Daarnaast blijven ze ook langer thuis wonen. Maar dit laatste komt bij de meesten niet doordat hun buurt een online wijkplatform heeft. Als mensen hulp nodig hebben, trekken liever hun jas aan en lopen even naar de buren of ze bellen familie of vrienden”, constateert Willard. “Alleen in buurten die los van internet al een heel sterk sociaal netwerk hebben, lijken buren elkaar vervolgens ook online beter te vinden.”

Het onderzoek

Voor haar onderzoek heeft Willard online wijkplatformen voor thuiswonende ouderen geëvalueerd. In Nederland hebben naar schatting 300 gemeenten een online wijkplatform op gericht. De software hiervoor kost jaarlijks zo’n 5000 tot 10.000 euro. Willard heeft tijdens het onderzoek gekeken naar:

  1. wat de behoeften en wensen zijn van thuiswonende ouderen met betrekking tot online wijkplatformen;
  2. welke online zorg- en welzijnsplatformen voor thuiswonende ouderen beschikbaar waren en ze heeft een typologie van deze platformen ontwikkeld;
  3. de ervaringen en ervaren impact van thuiswonende ouderen met betrekking tot een online wijkplatform;
  4. wat de ervaringen en geleerde lessen zijn van andere initiatieven die online wijkplatformen hebben geïmplementeerd.

“De wetenschappelijke onderbouwing en impact van bijvoorbeeld een online platform wordt steeds belangrijker gevonden. De samenleving zoekt naar bewijs om aan te tonen of het wel de beoogde uitkomsten behaalt. De resultaten van deze dissertatie bieden geleerde lessen over hoe ouderen al dan niet ondersteund kunnen worden om langer thuis te blijven wonen met behulp van technologie. Het proefschrift van Sarah Willard kan je hier lezen.

Sarah Willard promoveert op 2 december om 12 uur. Haar promotiezitting is hier online te volgen of terug te zien.